Grachtengordel Amsterdam Werelderfgoed

Al eeuwen worden de Amsterdamse grachten geroemd in binnen- en buitenland als uniek voorbeeld van stadsuitbreiding. In juli 2006 maakte de Gemeente Amsterdam dan ook bekend de Amsterdamse grachtengordel te willen voordragen voor de UNESCO Werelderfgoedlijst.

Fotograaf: Alex Lakas

Eerste criterium: uniek stedenbouwkundig meesterwerk

Op 1 augustus 2010 werd de unieke status van de grachtengordel bevestigd toen deze bij de 34e sessie van de Commissie voor het Werelderfgoed toegevoegd werd aan de Werelderfgoedlijst. ‘Het is een meesterlijk staaltje van hydraulische techniek, stadsplanologie en een weldoordacht samengaan van constructiewerk en stadsarchitectuur’ volgens UNESCO. UNESCO beschrijft de Amsterdamse grachtengordel als erfgoed met een ‘uitmuntende universele waarde’. De grachtenpanden staan volgens UNESCO voor de ontwikkeling van overzeese handel. Daarnaast vertegenwoordigen ze ook de humanistische en tolerante cultuur waar Amsterdam bekend om staat. Om toegevoegd te worden aan de Werelderfgoedlijst moest de Amsterdamse grachtengordel aan één van de tien door UNESCO geformuleerde criteria voldoen. Uit deze criteria blijkt de uitzonderlijke universele waarde van het erfgoed.

Voor de grachtengordel golden drie criteria. De eerste heeft te maken met het ontwerp van de grachtengordel. Deze is aan het eind van de zestiende eeuw ontworpen en in de zeventiende eeuw gebouwd. Het ontwerp maakte Amsterdam een uniek en grootschalig maar toch homogeen geheel. De grachtengordel is het eerste stedenbouwkundig project dat op een dergelijk grote schaal is ontworpen en aangelegd. Daarom wordt het gezien als een meesterwerk van menselijk creatief vernuft. In het ontwerp werden de functies wonen, werken en verkeer verwerkt. Hierdoor werden functionaliteit en schoonheid op zeer hoog niveau gecombineerd.

Tweede en derde criteria

Het tweede criterium van UNESCO betreft de uitwisseling van invloeden op technisch, stedenbouwkundig, maritiem en cultureel gebied waar de grachtengordel twee eeuwen lang onderdeel van is geweest. Amsterdam was getuige van vele uitwisselingen op stedenbouwkundig, architecturaal en civieltechnisch gebied. Zo was Amsterdam in de zeventiende eeuw de hoofdstad van internationale handel en intellectuele uitwisseling. Hier werd de basis gelegd voor de verspreiding van het humanistische gedachtegoed.

Als derde criterium van UNESCO wordt genoemd hoe Amsterdam typerend is voor een bepaalde architectuur. Amsterdam en haar grachtenpanden, met een grote verscheidenheid aan gevels, getuigt van een zeer belangrijke periode uit de geschiedenis van de moderne wereld. Daarnaast is Amsterdam het grootste en meest uitgesproken voorbeeld van een Hollandse grachtenstad waarin het waterverkeer de stedelijke vormgeving bepaalt. Bovendien werd Amsterdam in de zeventiende en achttiende eeuw gezien als de realisatie van een ideale stad. Daarom stond dit geslaagde stedenbouwkundige project model voor vele andere projecten in steden over de hele wereld.

De grachtengordel is door de UNESCO ingedeeld in een kern- en bufferzone. In de kernzone, die je op de kaart in het rood aangegeven ziet, vormt de kernzone van het werelderfgoed. Aanvullend is er de bufferzone, het gebied op de kaart dat grijs is aangegeven. Deze bufferzone dient als bescherming van de kernzone. Belangrijk is dat de grens van de bufferzone gelijk is aan die van het sinds 1999 rijksbeschermde stadsgezicht. De toegekende UNESCO-status van 2010 is dus een voortzetting van het tot dan toe gevoerde monumentenbeleid in de binnenstad.

Gemeente Amsterdam, foto: Cor Harteloh